Mijn eerste jaar elw is geëindigd. Dus eigenlijk moet de titel na mijn…, maar laat ik toch beginnen met voor mijnen ‘tijd’.
Voor ik begon aan mijn eerste jaar, had ik eigenlijk een vrij geregeld leven. Huisje, tuintje, kids, vrouwtje, huisje weltevree. Inderdaad mijn zorgen waren van een vrij laag profiel, ik leefde, ik ademde (denk ik toch anders zou ik hier niet meer zijn), en het leven kabbelde verder. Ik had mijn gedurende jaren een lichaam en geest gecreëerd van ongenaakbaarheid. Ik voelde wel dat ik fysieke pijn had als ik bv. de duim ipv de nagel hamerde maar voor de rest onthield ik mij.
Je pense donc je suis was niet zomaar een loos motto, nee het hoofdje had alles goed geordend, geregeld en gestructureerd om toch smootly door het leven te glijden. Eigenlijk had ik een luxe leventje. Geen angst, verdriet boosheid of andere gevoelens die niet omkaderd konden worden wanneer er toch een klein sprankje dieper raakte dan het gros.
En toch, men zegt dikwijls dat het bloed gaat waar het niet kruipen kan. Welnu, er was wel iets. Dat iets blijft vaag, is niet te vatten of te begrijpen. Moest ik mijzelf steeds meer opvullen om tot eenzelfde gevoel te komen? Moest ik steeds meer risico’s nemen om dezelfde kick te bekomen? Kon ik echt niet gewoon loom telkens weer voor den tevee hangen en mijn geen vragen stellen? Wat was er toch, wat is er toch dat mij ongedurig en onrustig maakt? Het verkeer? Hoge stemmen? Uitlaatgassen? (speciaal voor de dames) Kijken en toch niet zien? Mijn (eigen) baas?
Ik ging op zoek. Het is wel heel moeilijk op zoek te gaan als je niet weet wat je zoekt, dat je zoekt. Misschien helpt praten wel. Praten over gevoelens, praten over belevenissen, praten over mijn leven, filosoferen.
Ja, het was misschien wel de voorzet maar de voldoening bleef uit. Mijn gevoel dat ik nooit verlegen gezeten heb om woorden, groeide en de ongenaakbaarheid praatte naar de mond. Dat was het dan toch niet, of toch niet helemaal. Mijn woorden waren rapper dan mijn gedachten en gevoelens, had ik de indruk. Ik voelde wat ik zei en niet andersom. Er moest toch nog een andere ingang bestaan.
Zo ben ik terechtgekomen bij elw om te leren praten via mijn lichaam, met mijn lichaam en door mijn lichaam, een dialoog aan te gaan, te luisteren naar de eenakter. Dat klinkt ontzettend mooi en als je dan nog denkt zoals ik, de ongenaakbare, lijkt het bijna een sprookje. Nu, deze prins is al lang van zijn paard gestegen en gaat te voet verder doch met de teugels stevig in handen.
Het heeft echter wel een tijdje geduurd vooraleer ik inzag dat een ezel geen paard kon berijden. Ja, ik was een ezel te geloven dat ik dat allemaal niet in mij had : ik had geen angst, ik kon n iet schreien, en zeker en vooral ik had totaal geen agressie in mijn lichaam, de sereniteit in persoon.
Nu weet ik toch al iets beter. Het benenblok leerde mij dat blijven staan soms moeilijker is dan gedacht en niet altijd nodig; het bekkenblok deed mij terugdeinzen van een ongelooflijke kracht die ik blijvend wil in goede banen lijden; de buikzone heeft mij geleerd te voelen, bang te zijn, overbeschermd want het zou wel eens teveel kunnen worden; het hartblok was er eentje waarvan mijn bloed begon te stromen (sorry correctie waarvan ik de stroming voelde) met ups en downs met loslaten en vasthouden, met uiten en wenen met tuiten.
Ik ben geboeleverseerd, binnnenste buiten gekeerd, ondersteboven gehaald en wat heel goed weggestoken was, bleeft niet verborgen. Ik ben doodgegaan, herboren om opniew te stereven. Ik ben leeg geweest, vol en hol.
Enkel na het eerste blok en na het eerste jaar was het , is het moeilijk om verder te gaan. De verlokking om terug ook voor mijzelf te verdwijnen is groot daar het mijn houvast lijkt te zijn maar bij nader inzien blijft het een patroon. Ik ben nu eigenlijk niet veranderd, mijn omgeving ook niet. Of toch wel, alles is veel bewuster, intenser gevoeliger, verfijnder. Ik adem nog steeds en nu ben ik mij daar heel bewust van. De gedachte alleen is al zaligmakend, het gevoel daarbij levendgevend.
Nee, zover diende het bij mij niet te komen dat mijn vrij geregeld leven erbij ingeschoten is. Het heeft wel een totaal andere dimensie gekregen en mijn gevoelens vertellen mij dat dit niet alleen voor mijzelf zo is doch mijn omgeving lijkt zich ook beter te profileren.
Nu ondervind ik heel goed wat het jaar mij gebracht heeft. Steeds op zoek, buiten mijzelf naar antwoorden en oplossingen terwijl ik mezelf vergat, vergaf en begroef.
Ik ben er nog niet om naar buiten te laten komen wat er in mij zit. En is elw niet de juiste tactiek om te scoren, dan is het misschien wel een kans die ik niet onbenut wil laten liggen te liggen en liggen. Het was zwaar, het is waar en ik werd en word het heel goed gewaar, bewust.